Drempels opwerpen
Als ik goed ben geïnformeerd is het thema van deze editie van Magazine Sport050 ‘drempels wegnemen’.
Maar omgaan met tegenslag versterkt toch de veerkracht en mentale weerbaarheid? Mentaal weerbare personen hebben veel zelfvertrouwen, ook wanneer het even tegen zit. Daarbij zijn ze strijdvaardig en oplossingsgericht. Onderzoek onder olympisch kampioenen laat zien dat zij geloven dat ze zonder grote tegenslagen waarschijnlijk nooit olympisch kampioen waren geworden. Zij zijn ervan overtuigd dat de ingrijpende gebeurtenissen onvermoede hulpbronnen en krachten hebben geopenbaard die hen hebben geholpen, en nog altijd helpen, om te gaan met verdriet, frustraties en teleurstellingen.
Dus waarom zouden we drempels wegnemen?
Mijn Deense collega Bent Hougaard introduceerde in dit verband het woord ‘curlingouders’. Ouders zouden niet als vegers in de curlingsport alle mogelijke oneffenheden en obstakels voor hun kinderen uit de weg moeten ruimen. Immers, door fouten te maken en tegenslagen te overwinnen leren kinderen zelf oplossingen te verzinnen voor hun problemen, leren ze zichzelf beter kennen, en wordt hun inlevingsvermogen voor het falen van anderen versterkt.
In de (top)sport is het daarom niet ongebruikelijk dat drempels af en toe worden opgeworpen in plaats van weggenomen. Voorbeelden zijn oneerlijke arbitrage tijdens trainingspartijtjes of het doen van concentratietaken bij (extreme) vermoeidheid. Hiervoor wordt de Engelse term ‘planned disruptions’ gebruikt. Dit zijn doordachte, ontregelende acties onder gecontroleerde omstandigheden. Deze acties zijn bedoeld als leerervaring. Het is daarom essentieel dat trainer en sporters achteraf bespreken hoe de sporters reageerden op de ontregelingen. Sporters kunnen bijvoorbeeld gaan schelden, een fout of overtreding maken, opgeven, of taken niet, verkeerd of te langzaam uitvoeren. Trainers geven vervolgens op constructieve wijze aan wat zij hadden willen zien.
Ontregelende trainers moeten er vanzelfsprekend op toezien dat er geen structurele schade wordt aangericht of dat patronen van onzekerheid en aangeleerde hulpeloosheid ontstaan. Ook is het belangrijk dat zij met sporters reflecteren over hoe zij specifieke problemen hebben opgelost en hoe effectief dat was. Zou het beter kunnen? Hoe? Wanneer? Waarom?
Dit neemt niet weg dat de drempel om te gaan sporten en bewegen wèl moet worden weggenomen, of op zijn minst moet worden verlaagd.
Waarom?
Om mensen maximaal in de gelegenheid te stellen om al dan niet opgeworpen drempels te slechten en daarvan te leren, in een veilige en gezonde sportomgeving.
Nico W. Van Yperen
Hoogleraar Sport & Performance Psychology
Rijksuniversiteit Groningen
www.sportscience.blog
