Daniel Moragues (17) groeide op in Paddepoel. Op zijn vijftiende werd hij al Nederlands Kampioen skateboarden. Door een enkelbreuk miste hij twee kwalificatierondes voor de Olympische Spelen. Maar nu is hij weer helemaal fit en wil hij tóch naar Parijs.

‘Leren skaten was voor mij even natuurlijk als leren lopen. Mijn vader was vroeger ook skateboarder. Toen ik twee was, nam hij me al mee naar een skatepark op Gran Canaria, waar we toen woonden. We verhuisden naar Groningen toen mijn ouders allebei aan het conservatorium gingen studeren.’

Wat vind je zo leuk aan skateboarden?
‘De adrenaline, dat het snel gaat. Ik merkte dat ik er steeds beter in werd. Daar komt nooit een eind aan. Je kunt altijd weer beter worden.’

Wanneer kwam je erachter dat je een talent was?
‘Toen ik acht, won ik mijn eerste wedstrijd. Op mijn negende kwalificeerde ik me voor het NK Junioren in Breda. Ik ging voor het eerst echt op reis naar een wedstrijd. Toen realiseerde ik me dat het wat serieuzer werd.’

Waar draait het om bij skateboarden?
‘Om doorzettingsvermogen. Vaak vallen en vaak opstaan. Je moet lef hebben, het niet eng vinden om van een trapje te springen. Ik ben ook wel eens bang. Maar dan probeer je het en zie je vanzelf dat het niet zo eng is. Je doet je elke dag wel een keer flink pijn. Maar je merkt dat dat niet zo erg is. Vallen hoort erbij.’

Maar in juni vorig jaar ging het mis.
‘Bij de warming-up van een kwalificatiewedstrijd in Rome heb ik mijn enkel gebroken. Ik had mijn koppie er niet bij. Ik verloor mijn board, vloog de lucht in en viel op een trap. Ik voelde meteen dat het mis was.’

Ai. Je wilde deze zomer graag naar de Olympische Spelen in Parijs.
‘Dat wil ik nog steeds. Door de gemiste kwalificaties sta ik nu 84ste op de wereldranglijst. Om naar de Spelen te kunnen moet je bij de top 44 staan. Bij het kwalificatietoernooi in Dubai dit voorjaar moet ik bij de top 16 skaten. Dat zou een enorme stunt zijn. Maar mijn doel is altijd een medaille op de Spelen in 2028 in Los Angeles geweest.’

Waar moet je nog beter in worden?
‘De nolly en de switch. Daarbij sta je met je verkeerde voet voor. Dan krijg je meer punten.’

Wat zijn je toptrucs?
‘De curb, de bank en de tail big spin. Die deed ik in de finale van een ander toernooi in Rome. Ik heb ’m veel geoefend, ik kan ’m. Dat is echt een sicke move.’